Galerijtjes
Aanverwante artikelen
In 1959 kreeg Helmond zijn eerste winkelgalerij. Eigenlijk is een winkelgalerij een rij winkels met daarvoor een overdekt voetpad. Daarmee voldoet de Lucas-Galerij niet aan het verwachte beeld, want het zijn gewoon tien winkels op een rij.
Door de stadsuitbreidingen kwam er meer behoefte aan winkels in de nieuwe wijken waar men zijn dagelijkse boodschappen kon doen. Een fraai voorbeeld van een monumentale winkelgalerij vinden we aan de Raadhuisstraat in Amsterdam. Daar bevinden zich 18 winkels met bovenwoningen, met daarvoor een met glas overdekte galerij, die gebouwd zijn in de jaren 1896-1898. Helmond’s stadsuitbreidingen vonden wat later plaatst. In Helmond zocht de heer A. Sengers ruimte om zijn textielbedrijf aan de Veestraat uit te kunnen breiden. Hij verkreeg een flink stuk bouwgrond aan de Lucas Gasselstraat. Hij kwam op het idee om daar ook winkels te bouwen. Die waren in 1959 gereed en inmiddels was ook het confectieatelier achter de winkels, dat aan een honderdtal modinettes werk moest gaan bieden, in aanbouw.
De nieuwe winkels werden door burgemeester Sweens geopend. Dat gebeurde op 18 juni 1959 in aanwezigheid van de wethouders Raymakers, den Ouden en van Nunen, diverse geestelijken en natuurlijk de nieuwe winkeliers. De belangstelling voor de opening was ongekend groot. Het complex, naar een ontwerp van architect Dille, werd gebouwd door aannemersbedrijf Ponjé uit Handel. De Initiatiefnemer van de bouw, de heer Sengers, kreeg een portret aangeboden geschilderd door kunstschilder Sjef van de Voort. Dat gebeurde in een nog leegstaande winkel die tijdelijk in een kunstgalerie van de Helmondse schilders Sjef van Schaijk en Sjef van de Voort was omgetoverd.
Gaan we de winkels af, komende uit de Willem Prinzenstraat in de richting van de Wethouder Ebbenlaan, dan komen we als eerste bij Van Harsel’s cafetaria, een bekende naam in Helmond voor een frietje of een ijsje. Ze zaten al langer aan de Noord-Koninginnewal. Daarlangs zat de firma Vereijken met glas, verf en behang. Spullen die in de nieuwe wijken goed van pas konden komen. Als nieuwtje kon je daar door middel van spiegels met een rol behang het idee krijgen dat een hele wand met je favoriete patroon behangen was. En als je huis dan fris geschilderd was kon je bij buurman Roelofs een bijpassende eethoek uitzoeken. Ook voor de firma Roelofs was dit haar tweede zaak in Helmond. In de jaren zestig was het nog normaal om zelf kleren te maken. In die behoefte voorzag de textielwinkel van het echtpaar Dhondt-Bijsterveld. Knopen, garen, en ritssluitingen, maar ook babykleding en werkkleding was er verkrijgbaar. De bloemenzaak van Sjef Niessen kon in de Veestraat niet meer groeien. Hier kreeg hij de ruimte. Ook de groenaankleding boven de luifels werd door hem verzorgd. Op nummer 12 werd de tijdelijke schilderijententoonstelling gehouden. Ook Radio en Televisiehuis Frans van Schijndel kreeg hier een tweede zaak. Ze zaten ook al aan de Noord-Koninginnewal. Bruin- en witgoed zouden we nu zeggen. De drie zaken op het eind waren echt voor de dagelijks boodschappen. M. van der Putten uit de Wolfstraat bood hier zijn groenten, fruit en vis aan. Met de nieuwste machines kon hij ook groenten panklaar leveren. Voor de “dagelijkse mik en het zondagse koekje” zorgde brood- en banketbakkerij H. van de Kerkhoff. In de zomermaanden was hij ook concurrent van Van Harsel, want dan kon je er ook ijs krijgen. In de laatste zaak vestigde G. Dijkers zijn zelfbedieningszaak van de Végé.
In het begin was men nogal sceptisch over de bestaansmogelijkheden van de Lucas-Galerij. De winkels zouden te excentrisch zijn gelegen en de wijk zou een te smalle basis bieden voor succes. Door onderlinge samenwerking en gezamenlijk optrekken heeft het concept toch zijn bestaansrecht bewezen. Al gauw werd er op gezamenlijke kosten een neonverlichting aangebracht boven de luifel met de naam “Lucas Galerij”. Ook de zegelactie was een initiatief dat door alle winkeliers samen tot stand kwam. De “galerijtjes”, zoals de zegeltjes heetten, waren een poging tot klantenbinding. Bij het vijftienjarig bestaan waren er nog drie ondernemers van het eerst uur gevestigd. In 2009, na vijftig jaar, is bloemenspeciaalzaak Mimosa van J. Niessen daar nog van overgebleven. Ondanks het bouwen van nieuwe winkelcentra zoals de Vondellaan en “de Bus” bleef de Lucas-Galerij haar winkelfunctie behouden.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven