Helmond. Klaverhof
Aanverwante artikelen
Veel van de panden op de monumentenlijst zijn groot. Villa’s, pastorieën, kerken. Je komt niet echt veel woonhuizen van de gewone Helmonder op de rijks- en gemeentelijke monumentenlijst tegen. Toch zijn er wel een paar. Aan de Kanaaldijk N.O. ligt een rijtje huizen met de nummers 116 t/m 124. Deze panden staan op de rijksmonumentenlijst. Volgens de Cultuurhistorische Inventarisatie Noord-Brabant, waarin panden zijn opgenomen die beschreven zijn in het kader van het monumenten inventarisatie project, zijn deze huizen gedateerd op 1915. Dat zou ze tot jongere monumenten maken, die passen in het thema van open monumentendag 2007. De panden blijken toch ouder te zijn. Ze zijn in de eerste helft van de jaren 90 van de 19e eeuw gebouwd door fabrikant Willem Prinzen bij zijn fabriek aan wat toen nog de Tramstraat werd genoemd. Aan die kant van het kanaal liep de tram richting Aarle-Rixtel. Die arbeidershuizen behoren daarmee niet tot de jongere monumenten van na 1900.
Op de gemeentelijke monumentenlijst staat een groot complex van de sociale woningbouw uit 1927-1928. Het wordt meestal aangeduid als Klaverhof, omdat het de panden omvat die rondom het hofje liggen, maar een deel van dit complex heeft voordeuren aan de Willem Prinzenstraat en de Zonnehofstraat. Het werd gebouwd in de jaren van zeer grote activiteit door de overheid, in samenwerking met de jonge woningbouwverenigingen, om de arbeiders betere huisvesting te verschaffen. Tot de woningwet van 1901 deed de gemeentelijke overheid weinig tot niets aan woningbouw. In feite werd dit volledig overgelaten aan particulier initiatief. Dat betekent niet dat er tevoren geen arbeiderswoningen gebouwd werden. Maar dat gebeurde dan door fabrikanten, die voor hun eigen arbeiders bouwden, of boeren, die hun akker- of weilanden volbouwden met woningen en vanaf dat moment een deel van hun inkomsten haalden uit de huuropbrengst van de woningen. De hierboven genoemde huizen aan het kanaal waren voorbeeld van de eerste soort, de huizen van de tweede soort zijn bijna allemaal verdwenen. In de Tiendstraat is nog iets terug te vinden van het grote complex dat boer Sleegers bouwde. Na de woningwet begon Helmond de woonomstandigheden te verbeteren met de aanleg van riolering. In 1912 werd op initiatief van de gemeente woningbouwvereniging Volksbelang opgericht. En het was Volksbelang dat in 1927-1928 het Klaverhof liet bouwen volgens het ontwerp van architect Albert Otten. Met het ontwerp van huizen rondom een plein met een toegangspoort en toren wilde de architect dat het complex een besloten en dorps karakter kreeg.
Dat karakter werd nog eens bevestigd door de vormgeving. Op de plaats waar het complex bovenwoningen heeft, is de vormgeving zodanig dat het geheel het aanzien van een vergroot huis heeft, in plaats van een rijtje huizen. De gemeente was trots op haar woningbouw voor de arbeiders. In 1928 gaf ze een boek uit getiteld De woningbouw te Helmond in de jaren 1916-1928. In maar liefst drie talen, Nederlands, Frans en Duits, wordt een loflied gezongen op die bouw. Het slotwoord luidt –ik neem de Nederlandse versie- Helmond, gemeente van middelmatigen omvang, voorziet alzoo op de hiervoor aangegeven wijze volgens den opzet van de rijkswoningwet in de behoefte aan woongelegenheid voor zijne, hoofdzakelijk, arbeidersbevolking. Gemeente, woningbouwvereenigingen en huurders zijn over de bereikte resultaten voldaan.
Op de foto uit 1974 is de toegangspoort naar het Klaverhof met de kenmerkende toren te zien vanaf de Willem Prinzenstraat.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven.