Kanaaldijk N.O. 116 t/m 124 te Helmond
Aanverwante artikelen
De arbeiderswoningen aan de Kanaaldijk N.O. 116 t/m 124 staan op de gemeentelijke monumentenlijst en zijn in de monumenteninventarisatie gedateerd op ongeveer 1915.
Het verhaal van de grond waarop de huizen staan valt te vertellen vanaf 1832 als het kadaster ingevoerd wordt. Op dat moment heeft de vrouwe van Croy, mevrouw Margaretha van der Brugghen-Falck, in De Hilt, dat toen nog op het grondgebied van Aarle-Rixtel lag, enkel hooilanden liggen. Die landen liggen in sectie C met de perceelnummers 873 en 874. Als in 1841 haar goederen onder de erfgenamen verdeeld zijn, komen die hooilanden handen van haar zoon en dochter George en Constance. Freule Constance wordt aan het einde van haar leven katholiek en vermaakt het grootste deel van haar bezittingen aan het Armbestuur van Stiphout. Ook de hooilanden in De Hilt horen daartoe.
Tot dienstjaar 1916 gebeurt er weinig. Maar dan wordt in het kadaster ingeschreven dat op het perceel C 873 twee huizen zijn gebouwd en op C 874 een huis. Er wordt van dienstjaar gesproken, dat is het jaar waarin iets is verwerkt door het kadaster. De werkelijke bouw kan een of twee jaar eerder zijn geweest. In dienstjaar 1917 gaan de “Armen van Stiphout” over tot de verkoop van de grond en de huizen die er op staan. Nieuwe eigenaar wordt de gemeentesecretaris van Aarle-Rixtel Matthijs van Roij. Daarna worden de percelen gesplitst. Het oude perceel C 874 wordt verdeeld in vier percelen. Op ieder van die perceeltjes staat volgens het kadaster een huis. Het resterende wordt met een deel van het oude C 863 een nieuw groot perceel. Daarop staat een huis, maar bij het huis hoort ook bouwland. Later worden deze vijf percelen weer samengevoegd en krijgen het nummer C 1905. Op 1 januari 1968 gaat dit deel van Aarle-Rixtel bij herindeling over naar de gemeente Helmond. Het nummer wordt dan L 1905. In de Helmondse periode volgt een nieuwe scheiding in verschillende percelen.
Zoals gezegd worden de huizen in de monumenteninventarisatie gedateerd op 1915. Gezien de vermelding in het kadaster van stichting in 1916 is dat goed mogelijk. Dan is er een jaar tussen de werkelijke stichting en de verwerking van de gegevens in het kadaster. Het kadaster vermeldt echter duidelijk stichting van de huizen door het Armbestuur van Stiphout en een jaar later de verkoop aan Matthijs van Roij. Als kenmerken van de huizen noemt de inventarisatie de deels oorspronkelijke houten deuren met lichtje en bovenlicht met kleine roedeverdeling. Boven de deuren en de samengestelde dubbele ramen met bovenlichten hebben de huizen segmentbogen. De huizen zijn gedekt met een mansardedak, evenwijdig aan de straat en voorzien van gesmoorde Muldenpannen. De dakvensters hebben ook een kleine roedeverdeling. De rij is onderkeldert en die kelders zijn voorzien van kelderraampjes.