Lager onderwijs in Helmond 4
Aanverwante artikelen
Tussen de twee wereldoorlogen kende Helmond een grote uitbreiding van het aantal woningen. Dat zorgde voor nieuwe parochies en de daarbij horende scholen.
De jongensschool in de Jozefparochie werd een jongensschool die geleid werd door leken, volgens het systeem dat in 1920 was afgesproken. Dat leidde in 1924 helemaal niet tot problemen. Er kwam voor de Jozefparochie een school in de Bunzingstraat, die Jozefschool genoemd werd. In 1925 werden in dat gebouw de jongens en meisjes gescheiden. De meisjesafdeling werd Sint Jozefsgaarde genoemd. Toen in 1926 een nieuw gebouw voor de jongens klaar was aan de Pastoor van Leeuwenstraat, kreeg dat de naam Jozefschool en werd de naam van het hele gebouw aan de Bunzingstraat Sint Jozefsgaarde.
Toen in 1938 weer een nieuwe parochie werd gesticht, de Leonardus, en het onderwijs er geregeld moest worden, leidde dit tot een echte schoolstrijd. De bouwpastoor van de nieuwe parochie, pastoor Brandsma, was tevoren kapelaan in de Lambertusparochie geweest. Daar had hij kennis gemaakt met de broederscholen. En een broederschool wilde hij ook voor zijn nieuwe parochie. De lekenonderwijzers protesteerden heftig. Door de economische crisis waren veel onderwijzers werkeloos en hadden zij en hun gezinnen het moeilijk. Zij vonden dat in dergelijke omstandigheden leken- en niet broederonderwijzers voorrang moesten hebben bij een nieuwe school. De pastoor kreeg echter zijn zin en de Leonardusschool werd geleid door de broeders van Maastricht.
Een klas van de Leonardusschool met broeder Marcus van Veen.Fotograaf onbekend.