Geld moet rollen
Aanverwante artikelen
Dat is goed voor de economie, maar niemand brengt het graag naar het belastingkantoor.
Dat kan in Helmond ook niet meer. Op 29 juni 2012 sloot het belastingkantoor aan het Stationsplein definitief haar deuren. Dat was het tweede gebouw in Helmond dat speciaal voor de belastingdienst was gebouwd. Het eerste lag aan de Penningstraat.
Hoofddoel van belastinginning is het financieren van de overheidsuitgaven. Er staat geen directe prestatie aan de betaler tegenover voor het geld dat de overheid wil hebben. Zonder die belasting kunnen echter veel zaken die we vanzelfsprekend vinden door de overheid niet in stand gehouden worden. Gelijke belastingen voor het gehele land bestonden vóór de Franse inval in 1795 niet. Er waren landelijke en plaatselijke belastingen. Zo’n landelijke belasting was bijvoorbeeld de verponding, een in 1648 ingevoerde belasting op onroerend goed. Werkelijk alles kwam in aanmerking om belasting over te heffen, granen, dranken en rundvee, maar ook op zout, azijn, stijfsel en zelfs speelkaarten. Zo bestond er tot 1941 nog een rijwielbelasting. Accijns, een belasting geheven over het verbruik van een bepaald product, mocht door de plaatselijke overheden alleen geheven worden met toestemming van Den Haag. De omwenteling in 1795 waarbij de Bataafsche Republiek ontstond zou de aanzet tot de eenheid in belastinginning blijken te zijn. In 1806 kwam een bruikbaar systeem in gebruik dankzij Alexander Gogel. Dat stelsel toont een streven naar belasten naar draagkracht. Het zwaartepunt verschoof van heffingen op verteringen naar belasting op inkomsten en winsten. Pas in 1823 kwam er een stelsel waarin onderscheid werd gemaakt tussen rijks-, provinciale en gemeentelijke belastingen.
Lang zat de belastingdienst in het fraaie gebouw op de hoek van de Markt en Watermolenwal dat was gebouwd als postkantoor. In 1941 werd op de andere hoek van de Watermolenwal een nieuw postkantoor gebouwd. Het leegstaande gebouw werd daarop in gebruik genomen door de belastingdienst. Daarvoor was het belastingkantoor gevestigd aan de Kanaaldijk Noord West. In de negentiende eeuw hadden de belastingontvangers vaak een kantoor aan huis wat betekende dat met het wisselen van de ontvangers ook het adres waar de centen naar toe moesten worden gebracht veranderde. Het gebouw aan de Markt voldeed op een gegeven moment niet meer aan de eisen. Achter het oude Sint Antonius Gasthuis aan de Molenstraat lag een behoorlijk terrein dat geschikt was om een nieuw kantoor te bouwen. Het gebouw werd gesitueerd aan de Kasteel-Traverse, maar de toegangsweg zou komen vanaf de Molenstraat. Die weg zou officieel de naam Penningstraat krijgen. De bouw begon in de zomer van 1975; er verrees een lang eenlaags gebouw langs de Kasteel-Traverse van 85 meter met daarop een torenvormig gebouw van zes verdiepingen. Niet uniek want in Wageningen werd een bijna identiek gebouw neergezet. Het geheel was een ontwerp van architect de Groot van de Rijksgebouwendienst. De percentageregeling voor beeldende kunst bij rijksgebouwen was ook hier van toepassing. Een bepaald percentage van de bouwkosten werd bestemd voor de aankoop van kunst. Lon Pennock en Kees Verschuren kregen de opdracht om een kunstwerk te realiseren. Dat resulteerde in vier objecten, twee voor, een binnen en een achter het gebouw, verbeeldende rollende penningen vervaardigd van cortenstaal. De bruine roestkleur is een van de kenmerken van deze metaallegering. Misschien was dat de oorzaak dat de nieuwe eigenaar de kunstwerken in 1996 als oud roest liet afvoeren. Tussen 1990 en 1993 werd een nieuw kantoor aan het Stationsplein gebouwd. In 1994 kreeg dat gebouw de architectuurprijs van de gemeente Helmond.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Eindhoven; fotograaf J. van den Broek.